Easygenerator is een auteurstool waarmee je gemakkelijk boeiende en effectieve content kunt maken, maar waarmee je ook de resultaten van je cursisten kunt volgen. Hieronder lees je er meer over.

SCORM, XAPI, AICC, CMI5: wat heb je nodig?

Hoe je de resultaten van cursisten wilt bijhouden en volgen, speelt ook een belangrijke rol bij je keuze voor een LMS of auteurstool. Er zijn vier bekende indelingen die hiervoor gebruikt worden:

SCORM

SCORM is momenteel de bekendste methode om resultaten te volgen. SCORM is een e-learningstandaard waarmee je de resultaten van cursisten in een LMS kunt monitoren.

XAPI

XAPI staat voor ‘eXperience API’. De term API wordt gebruikt voor een techniek waarmee software bepaalde informatie kan uitwisselen. Waar SCORM alleen naar de resultaten van cursisten kijkt, gaat XAPI nog een stap verder door ook naar de ervaring van cursisten te kijken. Alle leerervaringen worden bijgehouden en opgeslagen in een LRS (Learning Record Store). Het grote voordeel van deze methode is dat een LRS zowel in een klassiek LMS als zonder extra software kan functioneren. Dit geeft zowel de auteurs als de cursisten meer flexibiliteit. De cursus/test kan worden gehost op een blog, een website of zelfs in een app op je smartphone.

AICC

Een andere standaard om resultaten te volgen is AICC. Hoewel deze methode in de e-learningwereld niet zo bekend is als SCORM bestaat deze methode wel al het langst, namelijk sinds 1993. Op dit moment wordt AICC voornamelijk gebruikt binnen de luchtvaart en een aantal andere technische industrieën. AICC werkt met hetzelfde basisprincipe als SCORM en volgt de resultaten van cursisten (en niet hun ervaringen).

CMI5

Cmi5 is de nieuwste specificatie in de e-learningwereld. Cmi5 werd officieel geïntroduceerd in 2016 als aanvulling op de Experience API (XAPI), vooral bij het gebruik van XAPI in een traditionele e-learningomgeving. Het fungeert als een set regels die alle opties van SCORM en XAPI samenvoegt.

Hoe houd je de resultaten bij in Easygenerator?

Je kunt de resultaten bijhouden via de Cijferlijst in de Easygenerator-app, via een aangepaste LRS of door je Easygenerator-cursus te publiceren in een LMS (Easygenerator-cursussen zijn namelijk SCORM-conform). Easygenerator gebruikt standaard XAPI voor de monitoring.

Bekijk deze korte video om te zien hoe je resultaten kunt bijhouden in Easygenerator:

Instellingen voor het bijhouden van resultaten

Om de instellingen voor het volgen van resultaten aan te passen, ga je naar Configureren > Resultaten bijhouden.

1. Resultaten bijhouden: als je deze functie inschakelt, wordt cursisten gevraagd om hun e-mailadres en naam in te vullen, zodat het systeem hen herkent en hun voortgang kan bijhouden. Deze instelling heeft geen invloed op het bijhouden van resultaten als je de cursus via een LMS uitvoert.
2. Gebruiker toestaan om het bijhouden en vastleggen van resultaten over te slaan: als je deze functie inschakelt, kunnen cursisten de cursus ook anoniem volgen, waarbij er niet wordt gerapporteerd over hun voortgang.
3. Beoordelen van contentpagina’s toestaan: als je deze functie inschakelt, krijgen cursisten punten voor het bezoeken van contentpagina’s. Als deze functie uit staat, wordt de cursusvoortgang alleen beïnvloed door het beantwoorden van vragen.
4. Beheersingsscore: om een cursus succesvol af te ronden, moeten cursisten deze score behalen voor de gehele cursus of voor ieder onderdeel.

In de geavanceerde instellingen is het rapporteren aan Easygenerator standaard geselecteerd. Je hoeft de geavanceerde instellingen dus alleen aan te passen als je wilt rapporteren naar een aangepaste LRS (zie hieronder).

Cijferlijst

Als de resultaten van cursisten worden gerapporteerd aan Easygenerator kun je deze inzien op het tabblad Resultaten > Cijferlijst. In de Cijferlijst kun je voor elke cursist de algehele cursusscore en de resultaten per onderdeel en per vraag bekijken.

Klik hier voor meer informatie over het bijhouden van resultaten in Easygenerator.

Rapporteren naar je aangepaste LRS

Als je de resultaten van cursisten wilt rapporteren naar een aangepaste LRS ga je naar het tabblad Configureren > Resultaten bijhouden > Geavanceerde instellingen en kies je voor Aangepaste LRS.

Eerst moet je je eigen Learning Record Store (LRS) instellen, zoals Scorm Cloud of Saltbox.

Kies onder de geavanceerde instellingen voor ‘Doorgeven aan aangepaste LRS’ en geef de URL van de LRS op.

Voor authenticatie gebruik je de inloggegevens van de Learning Activity Provider (LAP). De Learning Activity Provider is eigenlijk de cursus die overzichten rapporteert. In sommige gevallen vereist een LRS authenticatie van de LAP om overzichten te kunnen publiceren. Als jouw LRS dit vereist, moet je dus de juiste LAP-inloggegevens opgeven.

Je kunt de overzichten van leeractiviteiten selecteren die naar de LRS-bestemming worden gestuurd:

• Started (gestart): wanneer een cursist de cursus opent en inloggegevens invult.
• Passed (gehaald): wanneer een cursus is voltooid met een algehele voortgangsscore van 100%.
• Answered (beantwoord): wanneer een cursist een vraag beantwoordt.
• Mastered (beheersing): een score per leerdoel.
• Progressed (voortgang): wanneer een vraag is beantwoord, om de huidige algehele score aan te geven.
• Experienced (bekeken): wanneer een cursist een contentpagina bekijkt.

Zorg ervoor dat je de cursus bijwerkt/opnieuw publiceert om de laatste wijzigingen aan de instellingen toe te passen.

Easygenerator is een auteurstool waarmee je gemakkelijk boeiende en effectieve content kunt maken, maar waarmee je ook de resultaten van je cursisten kunt volgen. Hieronder lees je er meer over.

SCORM, XAPI, AICC, CMI5: wat heb je nodig?

Hoe je de resultaten van cursisten wilt bijhouden en volgen, speelt ook een belangrijke rol bij je keuze voor een LMS of auteurstool. Er zijn vier bekende indelingen die hiervoor gebruikt worden:

SCORM

SCORM is momenteel de bekendste methode om resultaten te volgen. SCORM is een e-learningstandaard waarmee je de resultaten van cursisten in een LMS kunt monitoren.

XAPI

XAPI staat voor ‘eXperience API’. De term API wordt gebruikt voor een techniek waarmee software bepaalde informatie kan uitwisselen. Waar SCORM alleen naar de resultaten van cursisten kijkt, gaat XAPI nog een stap verder door ook naar de ervaring van cursisten te kijken. Alle leerervaringen worden bijgehouden en opgeslagen in een LRS (Learning Record Store). Het grote voordeel van deze methode is dat een LRS zowel in een klassiek LMS als zonder extra software kan functioneren. Dit geeft zowel de auteurs als de cursisten meer flexibiliteit. De cursus/test kan worden gehost op een blog, een website of zelfs in een app op je smartphone.

AICC

Een andere standaard om resultaten te volgen is AICC. Hoewel deze methode in de e-learningwereld niet zo bekend is als SCORM bestaat deze methode wel al het langst, namelijk sinds 1993. Op dit moment wordt AICC voornamelijk gebruikt binnen de luchtvaart en een aantal andere technische industrieën. AICC werkt met hetzelfde basisprincipe als SCORM en volgt de resultaten van cursisten (en niet hun ervaringen).

CMI5

Cmi5 is de nieuwste specificatie in de e-learningwereld. Cmi5 werd officieel geïntroduceerd in 2016 als aanvulling op de Experience API (XAPI), vooral bij het gebruik van XAPI in een traditionele e-learningomgeving. Het fungeert als een set regels die alle opties van SCORM en XAPI samenvoegt.

Hoe houd je de resultaten bij in Easygenerator?

Je kunt de resultaten bijhouden via de Cijferlijst in de Easygenerator-app, via een aangepaste LRS of door je Easygenerator-cursus te publiceren in een LMS (Easygenerator-cursussen zijn namelijk SCORM-conform). Easygenerator gebruikt standaard XAPI voor de monitoring.

Bekijk deze korte video om te zien hoe je resultaten kunt bijhouden in Easygenerator:

Instellingen voor het bijhouden van resultaten

Om de instellingen voor het volgen van resultaten aan te passen, ga je naar Configureren > Resultaten bijhouden.

1. Resultaten bijhouden: als je deze functie inschakelt, wordt cursisten gevraagd om hun e-mailadres en naam in te vullen, zodat het systeem hen herkent en hun voortgang kan bijhouden. Deze instelling heeft geen invloed op het bijhouden van resultaten als je de cursus via een LMS uitvoert.
2. Gebruiker toestaan om het bijhouden en vastleggen van resultaten over te slaan: als je deze functie inschakelt, kunnen cursisten de cursus ook anoniem volgen, waarbij er niet wordt gerapporteerd over hun voortgang.
3. Beoordelen van contentpagina’s toestaan: als je deze functie inschakelt, krijgen cursisten punten voor het bezoeken van contentpagina’s. Als deze functie uit staat, wordt de cursusvoortgang alleen beïnvloed door het beantwoorden van vragen.
4. Beheersingsscore: om een cursus succesvol af te ronden, moeten cursisten deze score behalen voor de gehele cursus of voor ieder onderdeel.

In de geavanceerde instellingen is het rapporteren aan Easygenerator standaard geselecteerd. Je hoeft de geavanceerde instellingen dus alleen aan te passen als je wilt rapporteren naar een aangepaste LRS (zie hieronder).

Cijferlijst

Als de resultaten van cursisten worden gerapporteerd aan Easygenerator kun je deze inzien op het tabblad Resultaten > Cijferlijst. In de Cijferlijst kun je voor elke cursist de algehele cursusscore en de resultaten per onderdeel en per vraag bekijken.

Klik hier voor meer informatie over het bijhouden van resultaten in Easygenerator.

Rapporteren naar je aangepaste LRS

Als je de resultaten van cursisten wilt rapporteren naar een aangepaste LRS ga je naar het tabblad Configureren > Resultaten bijhouden > Geavanceerde instellingen en kies je voor Aangepaste LRS.

Eerst moet je je eigen Learning Record Store (LRS) instellen, zoals Scorm Cloud of Saltbox.

Kies onder de geavanceerde instellingen voor ‘Doorgeven aan aangepaste LRS’ en geef de URL van de LRS op.

Voor authenticatie gebruik je de inloggegevens van de Learning Activity Provider (LAP). De Learning Activity Provider is eigenlijk de cursus die overzichten rapporteert. In sommige gevallen vereist een LRS authenticatie van de LAP om overzichten te kunnen publiceren. Als jouw LRS dit vereist, moet je dus de juiste LAP-inloggegevens opgeven.

Je kunt de overzichten van leeractiviteiten selecteren die naar de LRS-bestemming worden gestuurd:

• Started (gestart): wanneer een cursist de cursus opent en inloggegevens invult.
• Passed (gehaald): wanneer een cursus is voltooid met een algehele voortgangsscore van 100%.
• Answered (beantwoord): wanneer een cursist een vraag beantwoordt.
• Mastered (beheersing): een score per leerdoel.
• Progressed (voortgang): wanneer een vraag is beantwoord, om de huidige algehele score aan te geven.
• Experienced (bekeken): wanneer een cursist een contentpagina bekijkt.

Zorg ervoor dat je de cursus bijwerkt/opnieuw publiceert om de laatste wijzigingen aan de instellingen toe te passen.

Easygenerator is een auteurstool waarmee je gemakkelijk boeiende en effectieve content kunt maken, maar waarmee je ook de resultaten van je cursisten kunt volgen. Hieronder lees je er meer over.

SCORM, XAPI, AICC, CMI5: wat heb je nodig?

Hoe je de resultaten van cursisten wilt bijhouden en volgen, speelt ook een belangrijke rol bij je keuze voor een LMS of auteurstool. Er zijn vier bekende indelingen die hiervoor gebruikt worden:

SCORM

SCORM is momenteel de bekendste methode om resultaten te volgen. SCORM is een e-learningstandaard waarmee je de resultaten van cursisten in een LMS kunt monitoren.

XAPI

XAPI staat voor ‘eXperience API’. De term API wordt gebruikt voor een techniek waarmee software bepaalde informatie kan uitwisselen. Waar SCORM alleen naar de resultaten van cursisten kijkt, gaat XAPI nog een stap verder door ook naar de ervaring van cursisten te kijken. Alle leerervaringen worden bijgehouden en opgeslagen in een LRS (Learning Record Store). Het grote voordeel van deze methode is dat een LRS zowel in een klassiek LMS als zonder extra software kan functioneren. Dit geeft zowel de auteurs als de cursisten meer flexibiliteit. De cursus/test kan worden gehost op een blog, een website of zelfs in een app op je smartphone.

AICC

Een andere standaard om resultaten te volgen is AICC. Hoewel deze methode in de e-learningwereld niet zo bekend is als SCORM bestaat deze methode wel al het langst, namelijk sinds 1993. Op dit moment wordt AICC voornamelijk gebruikt binnen de luchtvaart en een aantal andere technische industrieën. AICC werkt met hetzelfde basisprincipe als SCORM en volgt de resultaten van cursisten (en niet hun ervaringen).

CMI5

Cmi5 is de nieuwste specificatie in de e-learningwereld. Cmi5 werd officieel geïntroduceerd in 2016 als aanvulling op de Experience API (XAPI), vooral bij het gebruik van XAPI in een traditionele e-learningomgeving. Het fungeert als een set regels die alle opties van SCORM en XAPI samenvoegt.

Hoe houd je de resultaten bij in Easygenerator?

Je kunt de resultaten bijhouden via de Cijferlijst in de Easygenerator-app, via een aangepaste LRS of door je Easygenerator-cursus te publiceren in een LMS (Easygenerator-cursussen zijn namelijk SCORM-conform). Easygenerator gebruikt standaard XAPI voor de monitoring.

Bekijk deze korte video om te zien hoe je resultaten kunt bijhouden in Easygenerator:

Instellingen voor het bijhouden van resultaten

Om de instellingen voor het volgen van resultaten aan te passen, ga je naar Configureren > Resultaten bijhouden.

1. Resultaten bijhouden: als je deze functie inschakelt, wordt cursisten gevraagd om hun e-mailadres en naam in te vullen, zodat het systeem hen herkent en hun voortgang kan bijhouden. Deze instelling heeft geen invloed op het bijhouden van resultaten als je de cursus via een LMS uitvoert.
2. Gebruiker toestaan om het bijhouden en vastleggen van resultaten over te slaan: als je deze functie inschakelt, kunnen cursisten de cursus ook anoniem volgen, waarbij er niet wordt gerapporteerd over hun voortgang.
3. Beoordelen van contentpagina’s toestaan: als je deze functie inschakelt, krijgen cursisten punten voor het bezoeken van contentpagina’s. Als deze functie uit staat, wordt de cursusvoortgang alleen beïnvloed door het beantwoorden van vragen.
4. Beheersingsscore: om een cursus succesvol af te ronden, moeten cursisten deze score behalen voor de gehele cursus of voor ieder onderdeel.

In de geavanceerde instellingen is het rapporteren aan Easygenerator standaard geselecteerd. Je hoeft de geavanceerde instellingen dus alleen aan te passen als je wilt rapporteren naar een aangepaste LRS (zie hieronder).

Cijferlijst

Als de resultaten van cursisten worden gerapporteerd aan Easygenerator kun je deze inzien op het tabblad Resultaten > Cijferlijst. In de Cijferlijst kun je voor elke cursist de algehele cursusscore en de resultaten per onderdeel en per vraag bekijken.

Klik hier voor meer informatie over het bijhouden van resultaten in Easygenerator.

Rapporteren naar je aangepaste LRS

Als je de resultaten van cursisten wilt rapporteren naar een aangepaste LRS ga je naar het tabblad Configureren > Resultaten bijhouden > Geavanceerde instellingen en kies je voor Aangepaste LRS.

Eerst moet je je eigen Learning Record Store (LRS) instellen, zoals Scorm Cloud of Saltbox.

Kies onder de geavanceerde instellingen voor ‘Doorgeven aan aangepaste LRS’ en geef de URL van de LRS op.

Voor authenticatie gebruik je de inloggegevens van de Learning Activity Provider (LAP). De Learning Activity Provider is eigenlijk de cursus die overzichten rapporteert. In sommige gevallen vereist een LRS authenticatie van de LAP om overzichten te kunnen publiceren. Als jouw LRS dit vereist, moet je dus de juiste LAP-inloggegevens opgeven.

Je kunt de overzichten van leeractiviteiten selecteren die naar de LRS-bestemming worden gestuurd:

• Started (gestart): wanneer een cursist de cursus opent en inloggegevens invult.
• Passed (gehaald): wanneer een cursus is voltooid met een algehele voortgangsscore van 100%.
• Answered (beantwoord): wanneer een cursist een vraag beantwoordt.
• Mastered (beheersing): een score per leerdoel.
• Progressed (voortgang): wanneer een vraag is beantwoord, om de huidige algehele score aan te geven.
• Experienced (bekeken): wanneer een cursist een contentpagina bekijkt.

Zorg ervoor dat je de cursus bijwerkt/opnieuw publiceert om de laatste wijzigingen aan de instellingen toe te passen.

Easygenerator is een auteurstool waarmee je gemakkelijk boeiende en effectieve content kunt maken, maar waarmee je ook de resultaten van je cursisten kunt volgen. Hieronder lees je er meer over.

SCORM, XAPI, AICC, CMI5: wat heb je nodig?

Hoe je de resultaten van cursisten wilt bijhouden en volgen, speelt ook een belangrijke rol bij je keuze voor een LMS of auteurstool. Er zijn vier bekende indelingen die hiervoor gebruikt worden:

SCORM

SCORM is momenteel de bekendste methode om resultaten te volgen. SCORM is een e-learningstandaard waarmee je de resultaten van cursisten in een LMS kunt monitoren.

XAPI

XAPI staat voor ‘eXperience API’. De term API wordt gebruikt voor een techniek waarmee software bepaalde informatie kan uitwisselen. Waar SCORM alleen naar de resultaten van cursisten kijkt, gaat XAPI nog een stap verder door ook naar de ervaring van cursisten te kijken. Alle leerervaringen worden bijgehouden en opgeslagen in een LRS (Learning Record Store). Het grote voordeel van deze methode is dat een LRS zowel in een klassiek LMS als zonder extra software kan functioneren. Dit geeft zowel de auteurs als de cursisten meer flexibiliteit. De cursus/test kan worden gehost op een blog, een website of zelfs in een app op je smartphone.

AICC

Een andere standaard om resultaten te volgen is AICC. Hoewel deze methode in de e-learningwereld niet zo bekend is als SCORM bestaat deze methode wel al het langst, namelijk sinds 1993. Op dit moment wordt AICC voornamelijk gebruikt binnen de luchtvaart en een aantal andere technische industrieën. AICC werkt met hetzelfde basisprincipe als SCORM en volgt de resultaten van cursisten (en niet hun ervaringen).

CMI5

Cmi5 is de nieuwste specificatie in de e-learningwereld. Cmi5 werd officieel geïntroduceerd in 2016 als aanvulling op de Experience API (XAPI), vooral bij het gebruik van XAPI in een traditionele e-learningomgeving. Het fungeert als een set regels die alle opties van SCORM en XAPI samenvoegt.

Hoe houd je de resultaten bij in Easygenerator?

Je kunt de resultaten bijhouden via de Cijferlijst in de Easygenerator-app, via een aangepaste LRS of door je Easygenerator-cursus te publiceren in een LMS (Easygenerator-cursussen zijn namelijk SCORM-conform). Easygenerator gebruikt standaard XAPI voor de monitoring.

Bekijk deze korte video om te zien hoe je resultaten kunt bijhouden in Easygenerator:

Instellingen voor het bijhouden van resultaten

Om de instellingen voor het volgen van resultaten aan te passen, ga je naar Configureren > Resultaten bijhouden.

1. Resultaten bijhouden: als je deze functie inschakelt, wordt cursisten gevraagd om hun e-mailadres en naam in te vullen, zodat het systeem hen herkent en hun voortgang kan bijhouden. Deze instelling heeft geen invloed op het bijhouden van resultaten als je de cursus via een LMS uitvoert.
2. Gebruiker toestaan om het bijhouden en vastleggen van resultaten over te slaan: als je deze functie inschakelt, kunnen cursisten de cursus ook anoniem volgen, waarbij er niet wordt gerapporteerd over hun voortgang.
3. Beoordelen van contentpagina’s toestaan: als je deze functie inschakelt, krijgen cursisten punten voor het bezoeken van contentpagina’s. Als deze functie uit staat, wordt de cursusvoortgang alleen beïnvloed door het beantwoorden van vragen.
4. Beheersingsscore: om een cursus succesvol af te ronden, moeten cursisten deze score behalen voor de gehele cursus of voor ieder onderdeel.

In de geavanceerde instellingen is het rapporteren aan Easygenerator standaard geselecteerd. Je hoeft de geavanceerde instellingen dus alleen aan te passen als je wilt rapporteren naar een aangepaste LRS (zie hieronder).

Cijferlijst

Als de resultaten van cursisten worden gerapporteerd aan Easygenerator kun je deze inzien op het tabblad Resultaten > Cijferlijst. In de Cijferlijst kun je voor elke cursist de algehele cursusscore en de resultaten per onderdeel en per vraag bekijken.

Klik hier voor meer informatie over het bijhouden van resultaten in Easygenerator.

Rapporteren naar je aangepaste LRS

Als je de resultaten van cursisten wilt rapporteren naar een aangepaste LRS ga je naar het tabblad Configureren > Resultaten bijhouden > Geavanceerde instellingen en kies je voor Aangepaste LRS.

Eerst moet je je eigen Learning Record Store (LRS) instellen, zoals Scorm Cloud of Saltbox.

Kies onder de geavanceerde instellingen voor ‘Doorgeven aan aangepaste LRS’ en geef de URL van de LRS op.

Voor authenticatie gebruik je de inloggegevens van de Learning Activity Provider (LAP). De Learning Activity Provider is eigenlijk de cursus die overzichten rapporteert. In sommige gevallen vereist een LRS authenticatie van de LAP om overzichten te kunnen publiceren. Als jouw LRS dit vereist, moet je dus de juiste LAP-inloggegevens opgeven.

Je kunt de overzichten van leeractiviteiten selecteren die naar de LRS-bestemming worden gestuurd:

• Started (gestart): wanneer een cursist de cursus opent en inloggegevens invult.
• Passed (gehaald): wanneer een cursus is voltooid met een algehele voortgangsscore van 100%.
• Answered (beantwoord): wanneer een cursist een vraag beantwoordt.
• Mastered (beheersing): een score per leerdoel.
• Progressed (voortgang): wanneer een vraag is beantwoord, om de huidige algehele score aan te geven.
• Experienced (bekeken): wanneer een cursist een contentpagina bekijkt.

Zorg ervoor dat je de cursus bijwerkt/opnieuw publiceert om de laatste wijzigingen aan de instellingen toe te passen.

Easygenerator is een auteurstool waarmee je gemakkelijk boeiende en effectieve content kunt maken, maar waarmee je ook de resultaten van je cursisten kunt volgen. Hieronder lees je er meer over.

SCORM, XAPI, AICC, CMI5: wat heb je nodig?

Hoe je de resultaten van cursisten wilt bijhouden en volgen, speelt ook een belangrijke rol bij je keuze voor een LMS of auteurstool. Er zijn vier bekende indelingen die hiervoor gebruikt worden:

SCORM

SCORM is momenteel de bekendste methode om resultaten te volgen. SCORM is een e-learningstandaard waarmee je de resultaten van cursisten in een LMS kunt monitoren.

XAPI

XAPI staat voor ‘eXperience API’. De term API wordt gebruikt voor een techniek waarmee software bepaalde informatie kan uitwisselen. Waar SCORM alleen naar de resultaten van cursisten kijkt, gaat XAPI nog een stap verder door ook naar de ervaring van cursisten te kijken. Alle leerervaringen worden bijgehouden en opgeslagen in een LRS (Learning Record Store). Het grote voordeel van deze methode is dat een LRS zowel in een klassiek LMS als zonder extra software kan functioneren. Dit geeft zowel de auteurs als de cursisten meer flexibiliteit. De cursus/test kan worden gehost op een blog, een website of zelfs in een app op je smartphone.

AICC

Een andere standaard om resultaten te volgen is AICC. Hoewel deze methode in de e-learningwereld niet zo bekend is als SCORM bestaat deze methode wel al het langst, namelijk sinds 1993. Op dit moment wordt AICC voornamelijk gebruikt binnen de luchtvaart en een aantal andere technische industrieën. AICC werkt met hetzelfde basisprincipe als SCORM en volgt de resultaten van cursisten (en niet hun ervaringen).

CMI5

Cmi5 is de nieuwste specificatie in de e-learningwereld. Cmi5 werd officieel geïntroduceerd in 2016 als aanvulling op de Experience API (XAPI), vooral bij het gebruik van XAPI in een traditionele e-learningomgeving. Het fungeert als een set regels die alle opties van SCORM en XAPI samenvoegt.

Hoe houd je de resultaten bij in Easygenerator?

Je kunt de resultaten bijhouden via de Cijferlijst in de Easygenerator-app, via een aangepaste LRS of door je Easygenerator-cursus te publiceren in een LMS (Easygenerator-cursussen zijn namelijk SCORM-conform). Easygenerator gebruikt standaard XAPI voor de monitoring.

Bekijk deze korte video om te zien hoe je resultaten kunt bijhouden in Easygenerator:

Instellingen voor het bijhouden van resultaten

Om de instellingen voor het volgen van resultaten aan te passen, ga je naar Configureren > Resultaten bijhouden.

1. Resultaten bijhouden: als je deze functie inschakelt, wordt cursisten gevraagd om hun e-mailadres en naam in te vullen, zodat het systeem hen herkent en hun voortgang kan bijhouden. Deze instelling heeft geen invloed op het bijhouden van resultaten als je de cursus via een LMS uitvoert.
2. Gebruiker toestaan om het bijhouden en vastleggen van resultaten over te slaan: als je deze functie inschakelt, kunnen cursisten de cursus ook anoniem volgen, waarbij er niet wordt gerapporteerd over hun voortgang.
3. Beoordelen van contentpagina’s toestaan: als je deze functie inschakelt, krijgen cursisten punten voor het bezoeken van contentpagina’s. Als deze functie uit staat, wordt de cursusvoortgang alleen beïnvloed door het beantwoorden van vragen.
4. Beheersingsscore: om een cursus succesvol af te ronden, moeten cursisten deze score behalen voor de gehele cursus of voor ieder onderdeel.

In de geavanceerde instellingen is het rapporteren aan Easygenerator standaard geselecteerd. Je hoeft de geavanceerde instellingen dus alleen aan te passen als je wilt rapporteren naar een aangepaste LRS (zie hieronder).

Cijferlijst

Als de resultaten van cursisten worden gerapporteerd aan Easygenerator kun je deze inzien op het tabblad Resultaten > Cijferlijst. In de Cijferlijst kun je voor elke cursist de algehele cursusscore en de resultaten per onderdeel en per vraag bekijken.

Klik hier voor meer informatie over het bijhouden van resultaten in Easygenerator.

Rapporteren naar je aangepaste LRS

Als je de resultaten van cursisten wilt rapporteren naar een aangepaste LRS ga je naar het tabblad Configureren > Resultaten bijhouden > Geavanceerde instellingen en kies je voor Aangepaste LRS.

Eerst moet je je eigen Learning Record Store (LRS) instellen, zoals Scorm Cloud of Saltbox.

Kies onder de geavanceerde instellingen voor ‘Doorgeven aan aangepaste LRS’ en geef de URL van de LRS op.

Voor authenticatie gebruik je de inloggegevens van de Learning Activity Provider (LAP). De Learning Activity Provider is eigenlijk de cursus die overzichten rapporteert. In sommige gevallen vereist een LRS authenticatie van de LAP om overzichten te kunnen publiceren. Als jouw LRS dit vereist, moet je dus de juiste LAP-inloggegevens opgeven.

Je kunt de overzichten van leeractiviteiten selecteren die naar de LRS-bestemming worden gestuurd:

• Started (gestart): wanneer een cursist de cursus opent en inloggegevens invult.
• Passed (gehaald): wanneer een cursus is voltooid met een algehele voortgangsscore van 100%.
• Answered (beantwoord): wanneer een cursist een vraag beantwoordt.
• Mastered (beheersing): een score per leerdoel.
• Progressed (voortgang): wanneer een vraag is beantwoord, om de huidige algehele score aan te geven.
• Experienced (bekeken): wanneer een cursist een contentpagina bekijkt.

Zorg ervoor dat je de cursus bijwerkt/opnieuw publiceert om de laatste wijzigingen aan de instellingen toe te passen.

Easygenerator is een auteurstool waarmee je gemakkelijk boeiende en effectieve content kunt maken, maar waarmee je ook de resultaten van je cursisten kunt volgen. Hieronder lees je er meer over.

SCORM, XAPI, AICC, CMI5: wat heb je nodig?

Hoe je de resultaten van cursisten wilt bijhouden en volgen, speelt ook een belangrijke rol bij je keuze voor een LMS of auteurstool. Er zijn vier bekende indelingen die hiervoor gebruikt worden:

SCORM

SCORM is momenteel de bekendste methode om resultaten te volgen. SCORM is een e-learningstandaard waarmee je de resultaten van cursisten in een LMS kunt monitoren.

XAPI

XAPI staat voor ‘eXperience API’. De term API wordt gebruikt voor een techniek waarmee software bepaalde informatie kan uitwisselen. Waar SCORM alleen naar de resultaten van cursisten kijkt, gaat XAPI nog een stap verder door ook naar de ervaring van cursisten te kijken. Alle leerervaringen worden bijgehouden en opgeslagen in een LRS (Learning Record Store). Het grote voordeel van deze methode is dat een LRS zowel in een klassiek LMS als zonder extra software kan functioneren. Dit geeft zowel de auteurs als de cursisten meer flexibiliteit. De cursus/test kan worden gehost op een blog, een website of zelfs in een app op je smartphone.

AICC

Een andere standaard om resultaten te volgen is AICC. Hoewel deze methode in de e-learningwereld niet zo bekend is als SCORM bestaat deze methode wel al het langst, namelijk sinds 1993. Op dit moment wordt AICC voornamelijk gebruikt binnen de luchtvaart en een aantal andere technische industrieën. AICC werkt met hetzelfde basisprincipe als SCORM en volgt de resultaten van cursisten (en niet hun ervaringen).

CMI5

Cmi5 is de nieuwste specificatie in de e-learningwereld. Cmi5 werd officieel geïntroduceerd in 2016 als aanvulling op de Experience API (XAPI), vooral bij het gebruik van XAPI in een traditionele e-learningomgeving. Het fungeert als een set regels die alle opties van SCORM en XAPI samenvoegt.

Hoe houd je de resultaten bij in Easygenerator?

Je kunt de resultaten bijhouden via de Cijferlijst in de Easygenerator-app, via een aangepaste LRS of door je Easygenerator-cursus te publiceren in een LMS (Easygenerator-cursussen zijn namelijk SCORM-conform). Easygenerator gebruikt standaard XAPI voor de monitoring.

Bekijk deze korte video om te zien hoe je resultaten kunt bijhouden in Easygenerator:

Instellingen voor het bijhouden van resultaten

Om de instellingen voor het volgen van resultaten aan te passen, ga je naar Configureren > Resultaten bijhouden.

1. Resultaten bijhouden: als je deze functie inschakelt, wordt cursisten gevraagd om hun e-mailadres en naam in te vullen, zodat het systeem hen herkent en hun voortgang kan bijhouden. Deze instelling heeft geen invloed op het bijhouden van resultaten als je de cursus via een LMS uitvoert.
2. Gebruiker toestaan om het bijhouden en vastleggen van resultaten over te slaan: als je deze functie inschakelt, kunnen cursisten de cursus ook anoniem volgen, waarbij er niet wordt gerapporteerd over hun voortgang.
3. Beoordelen van contentpagina’s toestaan: als je deze functie inschakelt, krijgen cursisten punten voor het bezoeken van contentpagina’s. Als deze functie uit staat, wordt de cursusvoortgang alleen beïnvloed door het beantwoorden van vragen.
4. Beheersingsscore: om een cursus succesvol af te ronden, moeten cursisten deze score behalen voor de gehele cursus of voor ieder onderdeel.

In de geavanceerde instellingen is het rapporteren aan Easygenerator standaard geselecteerd. Je hoeft de geavanceerde instellingen dus alleen aan te passen als je wilt rapporteren naar een aangepaste LRS (zie hieronder).

Cijferlijst

Als de resultaten van cursisten worden gerapporteerd aan Easygenerator kun je deze inzien op het tabblad Resultaten > Cijferlijst. In de Cijferlijst kun je voor elke cursist de algehele cursusscore en de resultaten per onderdeel en per vraag bekijken.

Klik hier voor meer informatie over het bijhouden van resultaten in Easygenerator.

Rapporteren naar je aangepaste LRS

Als je de resultaten van cursisten wilt rapporteren naar een aangepaste LRS ga je naar het tabblad Configureren > Resultaten bijhouden > Geavanceerde instellingen en kies je voor Aangepaste LRS.

Eerst moet je je eigen Learning Record Store (LRS) instellen, zoals Scorm Cloud of Saltbox.

Kies onder de geavanceerde instellingen voor ‘Doorgeven aan aangepaste LRS’ en geef de URL van de LRS op.

Voor authenticatie gebruik je de inloggegevens van de Learning Activity Provider (LAP). De Learning Activity Provider is eigenlijk de cursus die overzichten rapporteert. In sommige gevallen vereist een LRS authenticatie van de LAP om overzichten te kunnen publiceren. Als jouw LRS dit vereist, moet je dus de juiste LAP-inloggegevens opgeven.

Je kunt de overzichten van leeractiviteiten selecteren die naar de LRS-bestemming worden gestuurd:

• Started (gestart): wanneer een cursist de cursus opent en inloggegevens invult.
• Passed (gehaald): wanneer een cursus is voltooid met een algehele voortgangsscore van 100%.
• Answered (beantwoord): wanneer een cursist een vraag beantwoordt.
• Mastered (beheersing): een score per leerdoel.
• Progressed (voortgang): wanneer een vraag is beantwoord, om de huidige algehele score aan te geven.
• Experienced (bekeken): wanneer een cursist een contentpagina bekijkt.

Zorg ervoor dat je de cursus bijwerkt/opnieuw publiceert om de laatste wijzigingen aan de instellingen toe te passen.

Easygenerator is een auteurstool waarmee je gemakkelijk boeiende en effectieve content kunt maken, maar waarmee je ook de resultaten van je cursisten kunt volgen. Hieronder lees je er meer over.

SCORM, XAPI, AICC, CMI5: wat heb je nodig?

Hoe je de resultaten van cursisten wilt bijhouden en volgen, speelt ook een belangrijke rol bij je keuze voor een LMS of auteurstool. Er zijn vier bekende indelingen die hiervoor gebruikt worden:

SCORM

SCORM is momenteel de bekendste methode om resultaten te volgen. SCORM is een e-learningstandaard waarmee je de resultaten van cursisten in een LMS kunt monitoren.

XAPI

XAPI staat voor ‘eXperience API’. De term API wordt gebruikt voor een techniek waarmee software bepaalde informatie kan uitwisselen. Waar SCORM alleen naar de resultaten van cursisten kijkt, gaat XAPI nog een stap verder door ook naar de ervaring van cursisten te kijken. Alle leerervaringen worden bijgehouden en opgeslagen in een LRS (Learning Record Store). Het grote voordeel van deze methode is dat een LRS zowel in een klassiek LMS als zonder extra software kan functioneren. Dit geeft zowel de auteurs als de cursisten meer flexibiliteit. De cursus/test kan worden gehost op een blog, een website of zelfs in een app op je smartphone.

AICC

Een andere standaard om resultaten te volgen is AICC. Hoewel deze methode in de e-learningwereld niet zo bekend is als SCORM bestaat deze methode wel al het langst, namelijk sinds 1993. Op dit moment wordt AICC voornamelijk gebruikt binnen de luchtvaart en een aantal andere technische industrieën. AICC werkt met hetzelfde basisprincipe als SCORM en volgt de resultaten van cursisten (en niet hun ervaringen).

CMI5

Cmi5 is de nieuwste specificatie in de e-learningwereld. Cmi5 werd officieel geïntroduceerd in 2016 als aanvulling op de Experience API (XAPI), vooral bij het gebruik van XAPI in een traditionele e-learningomgeving. Het fungeert als een set regels die alle opties van SCORM en XAPI samenvoegt.

Hoe houd je de resultaten bij in Easygenerator?

Je kunt de resultaten bijhouden via de Cijferlijst in de Easygenerator-app, via een aangepaste LRS of door je Easygenerator-cursus te publiceren in een LMS (Easygenerator-cursussen zijn namelijk SCORM-conform). Easygenerator gebruikt standaard XAPI voor de monitoring.

Bekijk deze korte video om te zien hoe je resultaten kunt bijhouden in Easygenerator:

Instellingen voor het bijhouden van resultaten

Om de instellingen voor het volgen van resultaten aan te passen, ga je naar Configureren > Resultaten bijhouden.

1. Resultaten bijhouden: als je deze functie inschakelt, wordt cursisten gevraagd om hun e-mailadres en naam in te vullen, zodat het systeem hen herkent en hun voortgang kan bijhouden. Deze instelling heeft geen invloed op het bijhouden van resultaten als je de cursus via een LMS uitvoert.
2. Gebruiker toestaan om het bijhouden en vastleggen van resultaten over te slaan: als je deze functie inschakelt, kunnen cursisten de cursus ook anoniem volgen, waarbij er niet wordt gerapporteerd over hun voortgang.
3. Beoordelen van contentpagina’s toestaan: als je deze functie inschakelt, krijgen cursisten punten voor het bezoeken van contentpagina’s. Als deze functie uit staat, wordt de cursusvoortgang alleen beïnvloed door het beantwoorden van vragen.
4. Beheersingsscore: om een cursus succesvol af te ronden, moeten cursisten deze score behalen voor de gehele cursus of voor ieder onderdeel.

In de geavanceerde instellingen is het rapporteren aan Easygenerator standaard geselecteerd. Je hoeft de geavanceerde instellingen dus alleen aan te passen als je wilt rapporteren naar een aangepaste LRS (zie hieronder).

Cijferlijst

Als de resultaten van cursisten worden gerapporteerd aan Easygenerator kun je deze inzien op het tabblad Resultaten > Cijferlijst. In de Cijferlijst kun je voor elke cursist de algehele cursusscore en de resultaten per onderdeel en per vraag bekijken.

Klik hier voor meer informatie over het bijhouden van resultaten in Easygenerator.

Rapporteren naar je aangepaste LRS

Als je de resultaten van cursisten wilt rapporteren naar een aangepaste LRS ga je naar het tabblad Configureren > Resultaten bijhouden > Geavanceerde instellingen en kies je voor Aangepaste LRS.

Eerst moet je je eigen Learning Record Store (LRS) instellen, zoals Scorm Cloud of Saltbox.

Kies onder de geavanceerde instellingen voor ‘Doorgeven aan aangepaste LRS’ en geef de URL van de LRS op.

Voor authenticatie gebruik je de inloggegevens van de Learning Activity Provider (LAP). De Learning Activity Provider is eigenlijk de cursus die overzichten rapporteert. In sommige gevallen vereist een LRS authenticatie van de LAP om overzichten te kunnen publiceren. Als jouw LRS dit vereist, moet je dus de juiste LAP-inloggegevens opgeven.

Je kunt de overzichten van leeractiviteiten selecteren die naar de LRS-bestemming worden gestuurd:

• Started (gestart): wanneer een cursist de cursus opent en inloggegevens invult.
• Passed (gehaald): wanneer een cursus is voltooid met een algehele voortgangsscore van 100%.
• Answered (beantwoord): wanneer een cursist een vraag beantwoordt.
• Mastered (beheersing): een score per leerdoel.
• Progressed (voortgang): wanneer een vraag is beantwoord, om de huidige algehele score aan te geven.
• Experienced (bekeken): wanneer een cursist een contentpagina bekijkt.

Zorg ervoor dat je de cursus bijwerkt/opnieuw publiceert om de laatste wijzigingen aan de instellingen toe te passen.

Easygenerator is een auteurstool waarmee je gemakkelijk boeiende en effectieve content kunt maken, maar waarmee je ook de resultaten van je cursisten kunt volgen. Hieronder lees je er meer over.

SCORM, XAPI, AICC, CMI5: wat heb je nodig?

Hoe je de resultaten van cursisten wilt bijhouden en volgen, speelt ook een belangrijke rol bij je keuze voor een LMS of auteurstool. Er zijn vier bekende indelingen die hiervoor gebruikt worden:

SCORM

SCORM is momenteel de bekendste methode om resultaten te volgen. SCORM is een e-learningstandaard waarmee je de resultaten van cursisten in een LMS kunt monitoren.

XAPI

XAPI staat voor ‘eXperience API’. De term API wordt gebruikt voor een techniek waarmee software bepaalde informatie kan uitwisselen. Waar SCORM alleen naar de resultaten van cursisten kijkt, gaat XAPI nog een stap verder door ook naar de ervaring van cursisten te kijken. Alle leerervaringen worden bijgehouden en opgeslagen in een LRS (Learning Record Store). Het grote voordeel van deze methode is dat een LRS zowel in een klassiek LMS als zonder extra software kan functioneren. Dit geeft zowel de auteurs als de cursisten meer flexibiliteit. De cursus/test kan worden gehost op een blog, een website of zelfs in een app op je smartphone.

AICC

Een andere standaard om resultaten te volgen is AICC. Hoewel deze methode in de e-learningwereld niet zo bekend is als SCORM bestaat deze methode wel al het langst, namelijk sinds 1993. Op dit moment wordt AICC voornamelijk gebruikt binnen de luchtvaart en een aantal andere technische industrieën. AICC werkt met hetzelfde basisprincipe als SCORM en volgt de resultaten van cursisten (en niet hun ervaringen).

CMI5

Cmi5 is de nieuwste specificatie in de e-learningwereld. Cmi5 werd officieel geïntroduceerd in 2016 als aanvulling op de Experience API (XAPI), vooral bij het gebruik van XAPI in een traditionele e-learningomgeving. Het fungeert als een set regels die alle opties van SCORM en XAPI samenvoegt.

Hoe houd je de resultaten bij in Easygenerator?

Je kunt de resultaten bijhouden via de Cijferlijst in de Easygenerator-app, via een aangepaste LRS of door je Easygenerator-cursus te publiceren in een LMS (Easygenerator-cursussen zijn namelijk SCORM-conform). Easygenerator gebruikt standaard XAPI voor de monitoring.

Bekijk deze korte video om te zien hoe je resultaten kunt bijhouden in Easygenerator:

Instellingen voor het bijhouden van resultaten

Om de instellingen voor het volgen van resultaten aan te passen, ga je naar Configureren > Resultaten bijhouden.

1. Resultaten bijhouden: als je deze functie inschakelt, wordt cursisten gevraagd om hun e-mailadres en naam in te vullen, zodat het systeem hen herkent en hun voortgang kan bijhouden. Deze instelling heeft geen invloed op het bijhouden van resultaten als je de cursus via een LMS uitvoert.
2. Gebruiker toestaan om het bijhouden en vastleggen van resultaten over te slaan: als je deze functie inschakelt, kunnen cursisten de cursus ook anoniem volgen, waarbij er niet wordt gerapporteerd over hun voortgang.
3. Beoordelen van contentpagina’s toestaan: als je deze functie inschakelt, krijgen cursisten punten voor het bezoeken van contentpagina’s. Als deze functie uit staat, wordt de cursusvoortgang alleen beïnvloed door het beantwoorden van vragen.
4. Beheersingsscore: om een cursus succesvol af te ronden, moeten cursisten deze score behalen voor de gehele cursus of voor ieder onderdeel.

In de geavanceerde instellingen is het rapporteren aan Easygenerator standaard geselecteerd. Je hoeft de geavanceerde instellingen dus alleen aan te passen als je wilt rapporteren naar een aangepaste LRS (zie hieronder).

Cijferlijst

Als de resultaten van cursisten worden gerapporteerd aan Easygenerator kun je deze inzien op het tabblad Resultaten > Cijferlijst. In de Cijferlijst kun je voor elke cursist de algehele cursusscore en de resultaten per onderdeel en per vraag bekijken.

Klik hier voor meer informatie over het bijhouden van resultaten in Easygenerator.

Rapporteren naar je aangepaste LRS

Als je de resultaten van cursisten wilt rapporteren naar een aangepaste LRS ga je naar het tabblad Configureren > Resultaten bijhouden > Geavanceerde instellingen en kies je voor Aangepaste LRS.

Eerst moet je je eigen Learning Record Store (LRS) instellen, zoals Scorm Cloud of Saltbox.

Kies onder de geavanceerde instellingen voor ‘Doorgeven aan aangepaste LRS’ en geef de URL van de LRS op.

Voor authenticatie gebruik je de inloggegevens van de Learning Activity Provider (LAP). De Learning Activity Provider is eigenlijk de cursus die overzichten rapporteert. In sommige gevallen vereist een LRS authenticatie van de LAP om overzichten te kunnen publiceren. Als jouw LRS dit vereist, moet je dus de juiste LAP-inloggegevens opgeven.

Je kunt de overzichten van leeractiviteiten selecteren die naar de LRS-bestemming worden gestuurd:

• Started (gestart): wanneer een cursist de cursus opent en inloggegevens invult.
• Passed (gehaald): wanneer een cursus is voltooid met een algehele voortgangsscore van 100%.
• Answered (beantwoord): wanneer een cursist een vraag beantwoordt.
• Mastered (beheersing): een score per leerdoel.
• Progressed (voortgang): wanneer een vraag is beantwoord, om de huidige algehele score aan te geven.
• Experienced (bekeken): wanneer een cursist een contentpagina bekijkt.

Zorg ervoor dat je de cursus bijwerkt/opnieuw publiceert om de laatste wijzigingen aan de instellingen toe te passen.

Easygenerator is een auteurstool waarmee je gemakkelijk boeiende en effectieve content kunt maken, maar waarmee je ook de resultaten van je cursisten kunt volgen. Hieronder lees je er meer over.

SCORM, XAPI, AICC, CMI5: wat heb je nodig?

Hoe je de resultaten van cursisten wilt bijhouden en volgen, speelt ook een belangrijke rol bij je keuze voor een LMS of auteurstool. Er zijn vier bekende indelingen die hiervoor gebruikt worden:

SCORM

SCORM is momenteel de bekendste methode om resultaten te volgen. SCORM is een e-learningstandaard waarmee je de resultaten van cursisten in een LMS kunt monitoren.

XAPI

XAPI staat voor ‘eXperience API’. De term API wordt gebruikt voor een techniek waarmee software bepaalde informatie kan uitwisselen. Waar SCORM alleen naar de resultaten van cursisten kijkt, gaat XAPI nog een stap verder door ook naar de ervaring van cursisten te kijken. Alle leerervaringen worden bijgehouden en opgeslagen in een LRS (Learning Record Store). Het grote voordeel van deze methode is dat een LRS zowel in een klassiek LMS als zonder extra software kan functioneren. Dit geeft zowel de auteurs als de cursisten meer flexibiliteit. De cursus/test kan worden gehost op een blog, een website of zelfs in een app op je smartphone.

AICC

Een andere standaard om resultaten te volgen is AICC. Hoewel deze methode in de e-learningwereld niet zo bekend is als SCORM bestaat deze methode wel al het langst, namelijk sinds 1993. Op dit moment wordt AICC voornamelijk gebruikt binnen de luchtvaart en een aantal andere technische industrieën. AICC werkt met hetzelfde basisprincipe als SCORM en volgt de resultaten van cursisten (en niet hun ervaringen).

CMI5

Cmi5 is de nieuwste specificatie in de e-learningwereld. Cmi5 werd officieel geïntroduceerd in 2016 als aanvulling op de Experience API (XAPI), vooral bij het gebruik van XAPI in een traditionele e-learningomgeving. Het fungeert als een set regels die alle opties van SCORM en XAPI samenvoegt.

Hoe houd je de resultaten bij in Easygenerator?

Je kunt de resultaten bijhouden via de Cijferlijst in de Easygenerator-app, via een aangepaste LRS of door je Easygenerator-cursus te publiceren in een LMS (Easygenerator-cursussen zijn namelijk SCORM-conform). Easygenerator gebruikt standaard XAPI voor de monitoring.

Bekijk deze korte video om te zien hoe je resultaten kunt bijhouden in Easygenerator:

Instellingen voor het bijhouden van resultaten

Om de instellingen voor het volgen van resultaten aan te passen, ga je naar Configureren > Resultaten bijhouden.

1. Resultaten bijhouden: als je deze functie inschakelt, wordt cursisten gevraagd om hun e-mailadres en naam in te vullen, zodat het systeem hen herkent en hun voortgang kan bijhouden. Deze instelling heeft geen invloed op het bijhouden van resultaten als je de cursus via een LMS uitvoert.
2. Gebruiker toestaan om het bijhouden en vastleggen van resultaten over te slaan: als je deze functie inschakelt, kunnen cursisten de cursus ook anoniem volgen, waarbij er niet wordt gerapporteerd over hun voortgang.
3. Beoordelen van contentpagina’s toestaan: als je deze functie inschakelt, krijgen cursisten punten voor het bezoeken van contentpagina’s. Als deze functie uit staat, wordt de cursusvoortgang alleen beïnvloed door het beantwoorden van vragen.
4. Beheersingsscore: om een cursus succesvol af te ronden, moeten cursisten deze score behalen voor de gehele cursus of voor ieder onderdeel.

In de geavanceerde instellingen is het rapporteren aan Easygenerator standaard geselecteerd. Je hoeft de geavanceerde instellingen dus alleen aan te passen als je wilt rapporteren naar een aangepaste LRS (zie hieronder).

Cijferlijst

Als de resultaten van cursisten worden gerapporteerd aan Easygenerator kun je deze inzien op het tabblad Resultaten > Cijferlijst. In de Cijferlijst kun je voor elke cursist de algehele cursusscore en de resultaten per onderdeel en per vraag bekijken.

Klik hier voor meer informatie over het bijhouden van resultaten in Easygenerator.

Rapporteren naar je aangepaste LRS

Als je de resultaten van cursisten wilt rapporteren naar een aangepaste LRS ga je naar het tabblad Configureren > Resultaten bijhouden > Geavanceerde instellingen en kies je voor Aangepaste LRS.

Eerst moet je je eigen Learning Record Store (LRS) instellen, zoals Scorm Cloud of Saltbox.

Kies onder de geavanceerde instellingen voor ‘Doorgeven aan aangepaste LRS’ en geef de URL van de LRS op.

Voor authenticatie gebruik je de inloggegevens van de Learning Activity Provider (LAP). De Learning Activity Provider is eigenlijk de cursus die overzichten rapporteert. In sommige gevallen vereist een LRS authenticatie van de LAP om overzichten te kunnen publiceren. Als jouw LRS dit vereist, moet je dus de juiste LAP-inloggegevens opgeven.

Je kunt de overzichten van leeractiviteiten selecteren die naar de LRS-bestemming worden gestuurd:

• Started (gestart): wanneer een cursist de cursus opent en inloggegevens invult.
• Passed (gehaald): wanneer een cursus is voltooid met een algehele voortgangsscore van 100%.
• Answered (beantwoord): wanneer een cursist een vraag beantwoordt.
• Mastered (beheersing): een score per leerdoel.
• Progressed (voortgang): wanneer een vraag is beantwoord, om de huidige algehele score aan te geven.
• Experienced (bekeken): wanneer een cursist een contentpagina bekijkt.

Zorg ervoor dat je de cursus bijwerkt/opnieuw publiceert om de laatste wijzigingen aan de instellingen toe te passen.